Ik zie een goede toekomst
BBB-oprichter Caroline van der Plas geeft de moed niet opHet mag soms lijken alsof ze voor een onmogelijke opgave staat, maar Tweede Kamerlid Caroline van der Plas, medeoprichter van de partij BoerBurgerBeweging (BBB), zal de moed niet snel opgeven. Ze blijft positief en blijft vechten voor de boeren. Met de Provinciale Statenverkiezingen voor de deur is ze strijdlustiger dan ooit: “Het gaat hier om de producenten van onze eerste levensbehoeften die op grote schaal uit het land lijken te worden gejaagd. Daartegen zal ik me altijd verzetten.”
De Provinciale Statenverkiezingen zijn belangrijk voor BBB. Caroline heeft hoge verwachtingen: “Bij winst hebben we zetels in de Eerste Kamer. Er zal nog wat aan wetgeving door de Kamer heen komen. Het zou best kunnen zijn, dat we dan bepaalde wetgeving kunnen tegenhouden. Nu staat in de wet dat we in 2035 50 procent stikstofreductie willen halen. Dit willen ze naar voren halen richting 2030. Dit voorstel moet nog behandeld worden. Tegen die tijd zitten wij in de Eerste Kamer”, aldus Caroline.
Volgens haar is stikstof maar een deelprobleem. “We hebben te maken met een veel grotere crisis. Een vertrouwenscrisis. Van de zomer heb ik het ook al gezegd: er woedt een veenbrand die ondergronds sluimert. Het gebrek aan vertrouwen zorgt voor een voedingsbodem waardoor extreme groeperingen kunnen ontstaan. Ik ben ook tegen extreemrechtse ideologieën, maar we moeten in de spiegel kijken: Welke rol spelen wij daarin? Als overheid moeten we betrouwbaar zijn. We moeten kijken naar de menselijke maat. Als mensen in de knel komen, moeten we het niet afdoen als een kleine groep. Veel kleine groepen vormen samen één grote groep. Mensen voelen zich niet gezien en gehoord. Kijk naar corona. Mensen werden afgedaan als wappies en er werd gesproken over de ‘epidemie van de ongevaccineerden’. De tweedeling is gigantisch. Dat wordt ontkend. Durf je er wel wat over te zeggen, dan hoor je bij de wappies. Ik heb gezien hoe families en vriendengroepen uit elkaar zijn gevallen. Hoe de tendens werd gezet door te zeggen: ‘Als jij je niet vaccineert, besmet je opa of oma’. Ik ken mensen die niet meer met elkaar praten vanwege dat vaccinatiegedoe. Daarover maak ik me meer zorgen dan over een deelproblemen als stikstof of corona.”
Hoe gaat BBB die vertrouwenscrisis aanvliegen?
“Ik zie een goede toekomst voor BBB en daarmee ook voor het land. De vertrouwenscrisis zou ik willen beslechten door als uitgangspunt te nemen dat de overheid er is voor de burger. Niet andersom. Dat je beleid maakt op basis van vertrouwen, in plaats van op basis van wantrouwen. Door mensen in Nederland serieus te nemen en hun zorgen niet af te doen als verjaardagspraat. Dat vind ik belachelijk arrogant. Juist op verjaardagen worden essentiële zaken besproken. Wij worden gekozen en betaald door de burgers, maar einde verkiezingen worden de burgers opzijgeschoven. Tegelijk is het aan burgers om op partijen te stemmen die wat voor hen kunnen betekenen. Kijk welke onderwerpen jij belangrijk vindt. Stel dat je meer geld naar de zorg wilt, stem dan op een partij die dat ook wil. Wil je een partij die opkomt voor het platteland, stem daar dan op. Kijk goed wat belangrijk is voor jou en stem op die partij!”
“Ik pleit voor vakmensen in de politiek die op basis van vakkennis en praktijkervaring beleid maken. Momenteel worden wij geregeerd door technocraten in Brussel en Den Haag”
Wat wil BBB anders doen?
“Wat ik zou willen veranderen, is dat niet alles in wetgeving verankerd wordt. Daarmee zetten we onszelf vast en is er geen bewegingsruimte. Wij hebben zelf die stikstofdoelen gesteld. Brussel houdt ons daar nu aan. Dat terwijl droogte – meer dan stikstof – veel grotere schade toebrengt aan de natuur. Daarnaast pleit ik vanaf het begin voor vakmensen in de politiek die op basis van vakkennis en praktijkervaring beleid maken. Momenteel worden wij geregeerd door technocraten in Brussel en Den Haag. Het gevolg is dat zo’n hele stikstofdiscussie gelijk platgeslagen wordt met dooddoeners als: De natuur kan geen dag wachten. Tuurlijk kan de natuur dat wel. Die kan wel tegen een stootje. Zo worden mensen compleet op het verkeerde been gezet. We werken aan de hand van een lijstje met planten en dieren die moeten blijven. Als er één verdwijnt, is dat het einde van de wereld. Er wordt niet gekeken naar planten en dieren die erbij komen. Hoezo biodiversiteit? De zilverreiger is bijvoorbeeld terug, maar die zie je niet op het lijstje staan.”
Wat vind je van vrijheid van meningsuiting op social media?
“Tuurlijk mag je alles zeggen in Nederland, maar moeten we ook alles zeggen? Mijn advies: denk even na, voor je wat zegt. Als we ons allemaal eens iets vaker zouden afvragen of het nodig is wat we zeggen, dan zou de samenleving net wat beter worden. Social media heeft daar ook alles mee te maken: mensen die vanaf hun anonieme zolderkamertje dingen roepen. Daar wordt de wereld niet beter van. Ik denk echt dat het wel beter kan worden. Hoe? Misschien stapsgewijs. Als we allemaal een goed voorbeeld neerzetten in onze eigen omgeving. Dat begint al bij de manier waarop je je kinderen opvoedt: met fatsoen en beleefdheid. Als publieke persoon vind ik ook dat ik dat moet uitdragen. Al zijn er maar een of twee mensen die dat goede voorbeeld volgen. Die mensen dragen dat weer uit in hun omgeving. Zo krijg je een rimpeleffect. Het is dan een kwestie van lange adem, maar elke persoon die zich fatsoenlijker gaat gedragen, is mooi meegenomen.”
Wat vind je van het idee om politieke partijen te verbieden om de democratie te beschermen?
“Bizar. We hebben hier een rechtstaat. In Nederland hebben we te maken met scheiding der machten. Het is aan rechter om iets te verbieden. Dat is niet aan politiek. Met het verbieden van partijen wordt gedoeld op FvD natuurlijk. Er gaan ook stemmen op om de PVV te verbieden. Dat zijn partijen die meningen verkondigen die niet iedereen welgevallig zijn. Of zij ondemocratische handelingen verrichten, is aan de rechter. Zou je partijen verbieden, maak je toch een aanzienlijk aantal mensen – miljoenen kiezers – monddood. Deze partijen zijn democratisch verkozen. Het is aan de kiezer om te bepalen wie er in de Kamer komt.”
Wat is er in jouw ogen nodig om de democratie te beschermen?
“Allereerst transparantie. Dat we in een vertrouwenscrisis zijn terechtgekomen, hebben we aan onszelf te danken. Wij zijn onze eigen grootste vijand. Neem bijvoorbeeld het WEF (World Economic Forum). Dat is te ondoorzichtig. Nu heeft Rutte veel gecommuniceerd over wat daar is gedaan, maar een jaar geleden lachte hij je nog uit als het over WEF ging. Hij beweerde toen dat hij het boek van Klaus Schwab niet gelezen had, maar Gideon van Meijeren (FvD) toonde aan dat hij het wel gelezen had. Nu legt hij het uit, maar is het te laat. Mensen willen weten: wie is dat WEF, wat bepaalt dat voor ons? Dat gebeurt allemaal achter de schermen. Ondertussen worden daar wel juridisch bindende afspraken gemaakt. Ik snap dan dat wantrouwen wel dat ontstaat. Dergelijke afspraken moeten gemaakt worden in een parlement. Niet binnen zo’n select ondemocratisch clubje.”
“Mensen moeten jou kennen en weten te vinden. Ze moeten weten dat je ze hoort, en dat er geen achterkamertjespolitiek plaatsvindt”
Als BBB winst boekt, wat is dan jouw eerste stap?
“Waar begin je dan? In de Tweede Kamer nemen wij altijd de burger serieus. Ik lees altijd mijn eigen mail. Daar zit geen persvoorlichter of beleidsmedewerker tussen. Ik probeer ook altijd eerlijk te antwoorden. Ook als ik geen oplossing zie. Dan neem ik het mee in debatten. Als politicus moet je 24 uur aan staan. Je moet jezelf laten zien en spreken met burgers. Niet alleen in verkiezingstijd, maar altijd. Ook als lid van de Provinciale Staten. Mensen moeten jou kennen en weten te vinden. Mensen moeten weten dat je ze hoort, en dat er geen achterkamertjespolitiek plaatsvindt. Daarnaast moeten we goed kijken naar de zwakkeren in de samenleving. Rapporten van de Nationale Ombudsman zijn vernietigend over het beleid in Nederland. Dan noem ik bijvoorbeeld het Toeslagenschandaal en Groningen. Daarin zijn beloftes gedaan die niet nagekomen worden. Mensen zijn in de knel gekomen. Alsnog wordt er niet naar hen geluisterd. Tienduizenden gezinnen zijn in de ellende gestort, die staan nu bekend als fraudeurs. Dat krijg je als het uitgangspunt de kwaadwillende burger is. Dan ga je beleid maken op een klein groepje dat van kwade wil is, terwijl het grootste gedeelte uit goedwillende burgers bestaat.”
Je hebt wel eens gepleit voor betere omgangsvormen in de Tweede Kamer. Waarom?
“Zelf kan ik ook scherp van tong zijn, maar ik vind wel: wij vertegenwoordigen het volk en hebben een voorbeeldfunctie. Dan kun je miljoenen Nederlanders vragen zich normaal te gedragen, maar als je niet zelf het goede voorbeeld geeft, is dat zinloos. Natuurlijk mag je best debatteren op het scherpst van de snede. Het gaat een grens over als we elkaar uitschelden voor corrupte leugenaars, racist of xenofoob of dreigen met tribunalen. Laten we normaal het gesprek voeren, zonder dat je mensen schoffeert.”
Hoe geef je zelf het goede voorbeeld?
“Het houdt mij elke dag bezig. Toen ik de Tweede Kamer in kwam, was ik verbaasd over de manier waarop met ons werd omgegaan. Het dedain richting Kamerleden, de hooghartigheid. Zo gaan we toch niet met elkaar om? Ik ben mij daar wel heel bewust van. Dat ik niet op dat pad raak van mensen uitschelden. Daarom kijk ik ook wel eens debatten terug. Zeker waar veel felheid was en de voorzitter interrumpeert: ‘Mevrouw van der Plas…’ Dan denk ik achteraf: dat had ik niet zo moeten doen. Ik liet me in die gevallen meevoeren door de emotie. Dat is menselijk. Je moet dan wel in staat zijn om excuses aan te bieden. Daar geef je mensen ook het goede voorbeeld mee.
“Elton John heeft een liedje: Sorry seems to be the hardest word. Dat is wel zo. Het maakt juist iemand sterker als hij ook fouten durft toe te geven. Mensen zijn tegenwoordig bang om te falen. ‘Wat een lafaard’, hoor je dan. ‘Zij komt op haar woorden terug’, terwijl het gewoon voortschrijdend inzicht is. Ik voel mij niet te laf om terug te komen op uitlatingen. Het is wat anders dan elke dag mensen uitschelden, dat je elke dag sorry moet zeggen. Daarmee verlies je je geloofwaardigheid.”
Heb je spirituele drijfveren?
“Ik ben wel katholiek opgevoed, maar ik ben niet meer kerkelijk. Geloof speelt voor mij geen rol meer. Ik weet niet of er een hemel is. Ik geloof daar niet in. Het is ook niet dat ik me ertegen afzet. Ik weet het gewoon niet. Ik denk wel dat Jezus een voorbeeld is. Dat hij wil dat mensen goede personen zijn. Dat is het belangrijkste. Stel er is een hemel en ik kom aan de hemelpoort. Dan gaat het er volgens mij om dat ik mensen met respect heb behandeld en mensen heb geholpen. Als de hemelpoort opengaat, is dat volgens mij een zwaarder criterium dan in de kerk gezeten te hebben elke zondag, terwijl je ondertussen dagelijks mensen schoffeert.”
Wat inspireert je?
“Wat ik mooi vind uit de bijbel zijn teksten als: Wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet. Ook de balk en de splinter, vind ik mooi om aan te denken. Kijk altijd even naar je eigen rol. Het draait om zelfreflectie. Dat is ook in het katholieke geloof zo. Daarbij vind ik katholieken gezellige mensen. Ze zijn wat minder zwaar op de hand en vinden het leuk om na de kerk even naar de kroeg te gaan. Zonder andere geloven tekort te willen doen, iedereen moet doen wat hem of haar past. Ik ben ook opgegroeid met carnaval, echt een katholiek feest. Dat je in het leven wel een feestje mag vieren, spreekt mij wel aan.”